De illegale handel in wilde dieren en planten – een miljardenindustrie – is geen geïsoleerd probleem. Nieuw onderzoek bevestigt dat dezelfde criminele groepen die bedreigde diersoorten verhandelen, nauw betrokken zijn bij drugs-, wapen-, mensenhandel en andere illegale markten. Dit betekent dat traditionele inspanningen om stroperij en smokkel op zichzelf te bestrijden niet langer effectief zijn.
De breedte van de criminele overlap
Onderzoekers deden in 2021 een inval in een Zuid-Afrikaanse boerderij en ontdekten dat 800 pond leeuwenbotten werden gekookt tot ‘leeuwencake’ voor traditionele medicijnen. Verborgen tussen de botten zat 13 liter opium, rechtstreeks in het product gemengd. Deze casus illustreert een groeiende trend: criminele netwerken zijn steeds meer ‘commodity-agnostisch’. Ze handelen in datgene wat de grootste winst oplevert, en wisselen tussen dieren in het wild, verdovende middelen, wapens of mensen als er zich kansen voordoen.
Dit is niet alleen maar speculatie. Hoofdauteur van het onderzoek Michelle Anagnostou interviewde 112 bronnen – natuurbeschermers, politie, douaneagenten en deskundigen op het gebied van de georganiseerde misdaad – in Zuid-Afrika, Hong Kong en Canada. De bevindingen laten zien dat criminelen zich aanpassen om meerdere markten te exploiteren:
- Sommige kartels toevoegden producten van wilde dieren (hoorn van neushoorns, vetplanten) aan bestaande drugs- of wapenoperaties.
- Anderen breidden zich van wilde dieren uit naar nieuwe gebieden, zoals mensenhandel of gestolen goederen.
- Illegale wilde dieren werden zelfs gebruikt voor ruilhandel: abalone voor methamfetamine, steur voor heroïne.
- Criminelen gebruikten illegale huisdieren (leeuwen, tijgers) om drugsvoorraden te bewaken.
- Dwangarbeid werd uitgebuit om illegale goederen zoals neushoornhoorn en ginseng te winnen.
Waarom dit ertoe doet: de noodzaak van uniforme actie
Jarenlang vermoedden experts deze verbanden. De nieuwe studie levert concreet bewijs dat criminaliteit in verband met wilde dieren en planten onlosmakelijk verbonden is met de bredere georganiseerde misdaad. De huidige aanpak, waarbij elke vorm van mensenhandel afzonderlijk wordt behandeld, slaagt er niet in het kernprobleem aan te pakken: één enkel netwerk dat meerdere illegale goederen bedient.
Dit vereist een fundamentele verandering in strategie:
- Inlichtingen delen tussen eenheden en landen.
- Gezamenlijke taskforces die zich richten op hele criminele netwerken, niet alleen op specifieke producten.
- Internationale samenwerking die verder gaat dan productspecifieke overeenkomsten.
- Gecoördineerde juridische strategieën om de hele operatie te ontwrichten, en niet slechts één onderdeel.
Mary Rice, uitvoerend directeur van de Environmental Investigation Agency, merkt op dat het jaren van bewijs vergde om de autoriteiten ervan te overtuigen de handel in wilde dieren en planten te erkennen als georganiseerde misdaad. De volgende stap is het erkennen van de convergentie met andere illegale activiteiten, die deze studie helpt versterken.
De oude aanpak is verbroken. Het maakt criminelen niet uit wat ze verkopen; het gaat hen om de winst. Rechtshandhavingsinstanties moeten deze bedreigingen behandelen als onderling verbonden en niet als gesegmenteerde bedreigingen.
Door deze realiteit te negeren, kunnen criminele netwerken floreren en hun activiteiten naadloos verschuiven om kwetsbaarheden in onsamenhangende handhavingssystemen te misbruiken.





















